Nieuwe Rode Lijst Vissen laat lichte verbetering voor zoetwatervissen zien13 jan 2016 Per 1 januari 2016 is de nieuwe Rode Lijst Vissen van kracht geworden. RAVON heeft de analyses voor de aan zoetwater gebonden vissoorten uitgevoerd. Van de ruim 40 vissoorten die zich binnen de Nederlandse grenzen voortplanten staan er 19 op de nieuwe Rode Lijst. Bijna evenveel als op de vorige Rode Lijst uit 1997. Hoopvol is dat de mate van bedreiging voor een aantal soorten is afgenomen. Hoe staan de zoetwatervissen ervoor? Een vergelijking tussen de gereconstrueerde Rode Lijst uit 1997 en de nieuwe Rode Lijst laat zien dat er vier soorten minder bedreigd, en drie soorten meer bedreigd geworden zijn. Het aantal soorten met de status bedreigd en verdwenen uit Nederland is afgenomen. Dit duidt erop dat maatregelen als waterkwaliteitsverbeteringen en beekherstel, die de afgelopen decennia zijn uitgevoerd, hun vruchten beginnen af te werpen. Om de visgemeenschap op het niveau van de referentiesituatie te krijgen zijn verdere herstelmaatregelen noodzakelijk. Knelpunten Veel van de soorten met de status kwetsbaar of gevoelig op de Rode Lijst zijn sterk afhankelijk van stromend water (beekprik, beekdonderpad, beekforel, elrits, serpeling, kopvoorn, barbeel, sneep, alver, rivierdonderpad, rivierprik, zeeprik, houting). Ze stellen relatief hoge eisen aan de waterkwaliteit en de hydromorfologie van rivier- en beeksystemen. Deze soorten zijn door het normaliseren van waterlopen en de aanleg van stuwen sterk achteruitgegaan. Het verdwijnen van ondiepe, snelstromende voortplantingsgebieden met een grof bodemsubstraat vormt een groot knelpunt voor deze soorten.
|