Bruinvissen aan Nederlandse kust stranden vaak door aanvallen van grijze zeehond5 aug 2017 Aan de Nederlandse kust stranden de laatste jaren zo’n zevenhonderd bruinvissen per jaar. Ruim vijftig van deze dieren zijn postmortaal onderzocht. Bijna een derde daarvan is gestorven door aanvallen van de grijze zeehond, blijkt uit onderzoek van de Universiteit Utrecht in samenwerking met Wageningen Marine Research. Sinds de jaren tachtig van de vorige eeuw is het aantal bruinvissen in het zuidelijk deel van de Noordzee sterk toegenomen. Van september tot en met april komen duizenden bruinvissen in de kustwateren voor. Ook het aantal strandingen van dode bruinvissen groeide sterk. Nederland is verplicht zich in te zetten om de bruinvispopulatie in haar wateren in stand te houden. Zo is er een efficiënt systeem voor het verzamelen van gestrande dieren en het uitvoeren van postmortaal onderzoek om onder meer een doodsoorzaak vast te stellen. Een van de hoofddoelen van het onderzoek is het aantal bruinvissen te achterhalen dat door menselijk toedoen is gestorven, zoals bijvangst. Grijze zeehond Van de onderzochte bruinvissen werden aanvallen door de grijze zeehond in 2016 relatief vaker vastgesteld dan in eerdere jaren. Bijvangst werd juist relatief minder als doodsoorzaak gevonden. Dat kan komen door een verschuiving in doodsoorzaken, maar ook door een verandering in het onderzoek. Vorig jaar werden minder dieren onderzocht, met name verse dieren, terwijl in voorgaande jaren meer dieren maar ook minder verse bruinvissen werden onderzocht. Gestrande bruinvissen in de categorie ‘bijvangst’ bleken vaker minder vers, vermoedelijk doordat deze verder van de kust overlijden.
|