Hoe gaat het met de Gelderse weidevogels?12 mrt 2018 Bij weidevogels denk je misschien niet direct aan Gelderland. Toch komen van oudsher ook hier overal weidevogels voor: in de vochtige heide- en broekontginningen in de IJsselvallei, Gelderse Vallei en Achterhoek; in de uiterwaarden en komgebieden van het rivierenland; en in de polders aan de Randmeerkust. Zoals in heel Nederland zijn ook in Gelderland de aantallen weidevogels flink teruggelopen. Vorig jaar heeft bureau Van der Goes en Groot in opdracht van Staatsbosbeheer de reservaten Oosterwolde, Arkemheen en Putterpolder geïnventariseerd. De meeste andere weidevogelgebieden maken deel uit van het Netwerk Ecologische Monitoring. Bovendien tellen de collectieven agrarisch natuurbeheer weidevogels en schatten zij broedsucces en kuikenoverleving. Door combinatie van deze gegevens is een globaal beeld te geven van de stand van zaken. Arkemheen en Putterpolder In het Staatsbosbeheerreservaat (in totaal 300 hectare) broedden in 2017 531 paar weidevogels van acht soorten: vooral grutto’s (178 paar), tureluurs (105 paar) en kieviten (187 paar), verder kleinere aantallen scholeksters, watersnippen, veldleeuweriken, graspiepers en gele kwikstaarten. Daarnaast flinke aantallen eenden, met name wilde eend, krakeend en slobeend. Deze aantallen wijken voor de meeste soorten niet veel af van de aantallen in de jaren 90. Alleen scholekster en veldleeuwerik zitten duidelijk onder dat niveau, en krakeend erboven. De weidevogeldichtheid ligt op zo'n 170 paartjes per 100 hectare. In de rest van de polder liggen de dichtheden lager. In totaal is daar ruim 1000 hectare geteld, waarvan 930 hectare één of andere vorm van agrarisch natuurbeheer kent. Hier broeden 613 paar weidevogels waarvan 166 paar grutto’s. Dat is dus ruim 60 paartjes per 100 hectare. Oosterwolde In dit reservaat zijn in 2017 142 paar weidevogels vastgesteld, waarvan 24 paar grutto’s. Verder kievit, wulp, tureluur, watersnip, graspieper, veldleeuwerik en gele kwikstaart. Dat zijn er ongeveer 60 per 100 hectare. De aantallen liggen in grote lijnen op hetzelfde niveau als in de jaren 90. Ook komen bijzondere moerasvogels voor zoals roerdomp, snor, zwarte stern en porseleinhoen. Verder ligt in de polder Oosterwolde en de aangrenzende polder Oldebroek nog zo’n 950 hectare agrarisch natuurbeheer, waarop nog 120 paar grutto’s broeden. Nog 20 gebieden Enkele procenten De agrarische natuurverenigingen en vrijwilligers doen hun best om de weidevogels te steunen. Het afgelopen jaar zijn bijna 6000 nesten beschermd. Maar legsels beschermen werkt alleen als er een goed mozaiek is van de verschillende beheervormen, zodat de vogels steeds voldoende voedsel en dekking hebben. De beheercollectieven werken daaraan, maar de ideale situatie is nog niet bereikt. In veel gebieden is het aandeel kruidenrijk grasland te laag of de kwaliteit onvoldoende en op veel tussenliggende percelen vindt normaal agrarisch beheer plaats. Verder is het biotoop te verbeteren door hier en daar percelen plas-dras te zetten. En met last-minute-beheer kan het maaien van een perceel waarop vogels broeden uitgesteld worden. Daarnaast is de predatie hoog, vooral in de gebieden die dicht bij de Veluwe liggen. Actieplan akker- en weidevogels Door de extra impuls via dit actieplan en de accentverschuiving van beschermen van nesten naar kuikenoverleving denken we dat we de juiste dingen doen om de weidevogelpopulaties te laten groeien. De collectieven en de vrijwilligers staan er in elk geval klaar voor!
|