Natuurnet uw kennismakelaar 

 
 
      


Herinrichting landelijk gebied goed voor landbouw, water en natuur, minder voor milieu

1 november 2004

Het kabinet heeft plannen voor de herinrichting van het landelijk gebied, de zogenaamde reconstructie. Die reconstructieplannen zijn positief voor landbouw, waterbeheer en natuurverwerving, maar dragen nauwelijks bij aan het verbeteren van de milieukwaliteit. Dat is de belangrijkste conclusie uit het rapport Schuiven op zand van het Milieu- en Natuurplanbureau (MNP). Het MNP evalueerde de kabinetsplannen in opdracht van het ministerie van VROM.

De provincies in Zuid- en Oost-Nederland hebben reconstructieplannen voorbereid. De belangrijkste doelen zijn een duurzame landbouw met minder kans op dierziekten en betere kwaliteit voor natuur, landschap, milieu en water. De plannen zorgen voor een sterkere scheiding van intensieve veehouderij, en wonen en natuur. Daarmee wordt op termijn een betere afstemming tussen deze functies beoogd. In een aantal reconstructiegebieden blijft voorlopig ruimte voor groei van bestaande veebedrijven dichtbij natuurgebieden. Bij de betrokken partijen is draagvlak voor de reconstructieplannen. Dat is belangrijk voor de uitvoering ervan.

De plannen vragen in totaal 7 miljard euro tot 2016. In de landbouw wordt 1,5 miljard euro geïnvesteerd. Het meeste geld is bestemd voor het verplaatsen van ruim 400 intensieve veehouderijen en het inrichten van landbouwontwikkelingsgebieden. Met de uitgaven voor landbouw wordt gekozen voor verduurzaming via schaalvergroting en gebruik van - zich voor een deel nog te bewijzen - technologie zoals schonere stallen en mestverwerking. Er zijn bijna geen concrete maatregelen voorzien voor het voorkómen van dierziekten. De reconstructieplannen zelf zijn niet gericht op extra vermindering van de mestproblematiek ten opzichte van al bestaand en voorgenomen mestbeleid. Ze leveren dan ook geen substantiële bijdrage aan de verbetering van de natuur- en milieukwaliteit ten opzichte van dit beleid.

De realisatie van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS) krijgt een impuls. Er wordt 1,8 miljard euro (voornamelijk) besteed aan het verwerven van natuurgebieden. Dat garandeert echter nog niet de beoogde ruimtelijke samenhang van de EHS.

De voorziene uitgaven voor water van 1,2 miljard euro dragen aanzienlijk bij aan waterberging, verdrogingsbestrijding en beekherstel. In het verleden verliep de aanpak van verdroging moeizaam. De reconstructieplannen vergroten de kans op invoering van anti-verdrogingsmaatregelen. Verdrogingsbestrijding levert een bijdrage aan verbetering van de natuurkwaliteit.