Monitoring van ziekten, plagen en onkruiden in zicht

Het gaat hierbij om ziekten, plagen en onkruiden die een negatief effect kunnen hebben op de doelen van het gewasbeschermingbeleid. Die doelen zijn een goede milieukwaliteit, ruimte voor ondernemerschap, een stimulerend klimaat voor innovatie en eenevenwichtige en goede concurrentiepositie. Voorbeelden van negatieve effecten zijn toename van resistentie, uitbreiding van areaal, en introductie van nieuwe soorten. Met behulp van een monitoringssysteem kunnen methoden en middelen om een ziekte, plaagof onkruid te beheersen tijdig worden ontwikkeld of ingezet.

Om te komen tot een efficiënte monitoring roept minister Veermaneen platform in het leven dat bestaat uit vertegenwoordigers van de Plantenziektenkundige Dienst (PD),onderzoeksinstellingen, adviesbureaus,bestrijdingsmiddelenhandel, belangenorganisaties op het gebied van teelt, LTO Nederlanden de productschappen. De Plantenziektenkundige Dienstzal het secretariaat van dit overleg voeren. Het platform organiseert groependeskundigen gerangschikt naar thema en sector die de beschikbare kennis van de betrokken partijen bij elkaar zullen brengen. Hiermee wordt voorzien in de behoefte om kennis die nu verspreid is over een groot aantal organisaties te bundelen.

Het platform attendeert de betrokken partijen op nieuwe ontwikkelingen die bijvoorbeeld van belang zijn voor de aansturing van onderzoek en de toelating van bestrijdingsmiddelen. Daarnaast is de monitoring belangrijk voor beleidsvorming en evaluatievan het gewasbeschermingsbeleid. Het ministerie van LNVfinanciert een deel van de kosten van het platform.

Zie voor meer informatie: DossierGewasbescherming