Natuurnet uw kennismakelaar 

 
 
      


RLG: Overheid kan niet zomaar natuur en platteland loslaten

2 okt 2006

Het ministerie van LNV streeft naar meer verantwoordelijkheid voormaatschappelijke organisaties en bedrijfsleven bij natuur en platteland. DeRaad voor het Landelijk Gebied (RLG) heeft de gevolgen van deze bestuurlijkeomslag bestudeerd en oordeelt dat de toekomst die hiermee wordt opgeroepenonzeker is. De omslag biedt zeker kansen maar brengt ook risico's met zichmee. In dat licht concludeert de raad dat de overheid én de politiek inieder geval óók moeten leren omgaan met de onvermijdelijk optredenderisico's.

Toetssteen van de omslag blijft de aantoonbare verbetering van natuur enplatteland. Daarbij wordt het takenpakket voor de overheid niet simpeler,maar juist complexer. Het advies 'van zorgen naar borgen', dat de raad op 2oktober aanbiedt aan minister Veerman, geeft handvatten voor de nieuweaanpak.

Risico's voor de politiek
In het programma 'Andere Overheid' van de kabinetten Balkenende wordtgestreefd naar minder overheidsbemoeienis. Binnen het ministerie van LNV isdit streven vervat in het adagium 'van zorgen voor' naar 'zorgen dat' en totnu toe voornamelijk ingevuld op het gebied van landbouwproductie envoedselkwaliteit. Het ministerie wil het idee van meer eigenverantwoordelijkheid nu ook toepassen op het natuurbeleid enplattelandsbeleid. Over die toepassing is de Raad voor het Landelijk Gebied(RLG) advies gevraagd.

De raad constateert dat de route naar meer verantwoordelijkheid bijmaatschappelijke organisaties en bedrijven onvoldoende uitgestippeld is. Debestuurlijke omslag zal leiden tot discussies en dilemma's die grotendeelsnieuw zijn, zowel voor het ministerie als voor de burgers. Wanneer privatepartijen de verantwoordelijkheid overnemen, behoort bij het zoeken naar degoede weg ook het nemen van een verkeerde afslag tot de mogelijkheden.Anders gezegd, projecten kunnen fout lopen - of althans anders verlopen danvooraf gedacht en verwacht. Dat kan veel onrust geven in de media enweerstand oproepen bij maatschappelijke partijen. Vooral politiek ligt ditgevoelig.

De RLG adviseert de minister om na te denken over hoe daarmee verstandig isom te gaan. Vooraf moet een helder zicht bestaan op de risico's die spelenbij de overdracht van verantwoordelijkheden en hoe in de praktijk met dezerisico's om te gaan. De raad adviseert om samen met private partijen eenprogramma op te zetten waarmee overheid, private partijen en politiek samensystematisch lering kunnen trekken uit de ervaringen met meerverantwoordelijkheid voor burgers.

Zorgen voor borgen
Volgens de raad is de motivatie om verantwoordelijkheden van het ministerieover te dragen naar private partijen niet altijd helder. Verschillendemotieven spelen een rol, waaronder het realiseren van bezuinigingen. Watvolgens de raad centraal moet staan bij een eventuele overdracht vanverantwoordelijkheden is dat het publiek belang veilig is gesteld: draagt deomslag bij aan een verbetering van natuur of platteland? De rijksoverheidhoudt altijd de eindverantwoordelijkheid voor de zekerstelling van hetpublieke belang. Private partijen kunnen een verantwoordelijkheid hebben bijhet borgen van zo'n belang, maar niet eindverantwoordelijk zijn voor hetborgen ervan.

Gezamenlijke agenda nodig
Bij de agendering van activiteiten die voor overdracht in aanmerking komen,schiet het ministerie tekort in aandacht voor de samenwerkingspartners. Hetministerie gaat teveel uit van de verantwoordelijkheden die het op ditmoment aan private partijen zou kunnen overdragen, en te weinig van waartoeprivate partijen zelf in staat zijn. Maatschappelijke organisaties enbedrijven kunnen overigens ook actiever zijn door zelf initiatief te nemen.

Niet minder werk, wel anders
Extra aandacht vraagt de raad voor het feit dat het ministerie debestuurlijke omslag voor zichzelf onderschat. De omslag leidt niet, zoalsvaak gedacht, tot een vereenvoudiging van werkzaamheden: in plaats vanminder rollen krijgt het ministerie juist meer rollen te vervullen. Zo zithet ministerie in projecten aan tafel als onderhandelingspartner enondersteunende partner, maar is zij ook beoordelaar van het eindresultaat.Dit maakt het werk complexer en kan bovendien leiden tot rolconflicten.Daarnaast vereist het overdragen van verantwoordelijkheden ook dat departijen waaraan verantwoordelijkheden worden overgedragen daar voldoendevoor zijn toegerust. Kortom het werk voor LNV zal niet bij voorbaatverminderen, wel veranderen.