Natuur kan meer bijdragen aan energieproductie17 jan 2008Natuurgebieden in Nederland kunnen veel meer biomassa leveren voor energieproductie dan ze nu doen. Beheerders laten de potentiële biobrandstof liever in het gebied liggen, omdat de kosten van het vervoer van snoeiafval naar de biomassa-installaties hoger zijn dan de opbrengst. Dat blijkt uit een onderzoek van Alterra en de Agrotechnology and Food Sciences Group, beide onderdeel van Wageningen UR. De onderzoekers hebben berekend dat natuur- en landschapsgebieden bijna een miljoen ton droge biomassa per jaar kunnen aanleveren zonder de natuur schade toe te brengen en zonder dat de oogst ten koste gaat van andere belangrijke gebruiksdoeleinden. Goed nieuws, want opwekking van energie door verbranding van niet-eetbare biomassa kan bijdragen aan de vermindering van de CO2-uitstoot. Volgens Joop Spijker van Alterra zouden terreinbeheerders meer gestimuleerd kunnen worden om houtresten en gras als brandstof voor bio-energie aan te leveren. 'Het wordt voor natuurbeheerders financieel veel interessanter als je de bijproducten van het onderhoud aan natuurgebieden koppelt aan energieprijzen.' Samenwerking met andere sectoren kan de toepassing van biomassa uit de natuur als biobrandstof verder stimuleren. 'Ook gemeenten, waterschappen en boeren hebben namelijk veel biomassa die ze kwijt moeten. Samen kunnen ze eerder tot een regionale oplossing komen, zoals een biomassa-installatie in de buurt. Dit bespaart transportkosten en zo ontstaat er een geheel nieuwe markt. Misschien kunnen natuurbeheerders uiteindelijk zelfs winst maken op hun restproducten', zegt Spijker.
|